vrijdag 4 september 2015

Wat is opruimen?

Opruimen, wat is dat eigenlijk?
Volgens het “Van Dale Groot woordenboek hedendaags Nederlands” betekent opruimen: “in orde brengen of netjes maken”.

Onder opruimen kun je verstaan:
  • het wegdoen van spullen die kapot zijn, die je niet meer gebruikt of die je niet meer wilt hebben
  • het overzichtelijk en geordend opbergen van spullen, zodat ze makkelijk terug te vinden zijn en makkelijk bereikbaar als je ze nodig hebt.
Iedereen begrijpt dat als er een gat in je broek zit, dat je deze niet moet bewaren, dat je de fluitketel weg moet doen omdat je nu een elektrische waterkoker hebt en als je niet meer blij wordt van dat gele vaasje dat zo mooi bij je vorige interieur paste, dat je deze het beste een andere bestemming kunt geven.
Iedereen weet ook dat een boek nadat je het hebt gelezen terug moet in de boekenkast, dat schone kleding in de kledingkast moet worden opgeborgen en dat gebruikt serviesgoed moet worden afgewassen en daarna in de kast moet worden gezet.


Maar tussen weten en doen is een verschil. Want daadwerkelijk opruimen en het daarbij ook overzichtelijk opruimen (want iedereen kan iets in een willekeurige kast of la gooien en die dicht doen), is iets wat niet iedereen in de vingers heeft.

Opruimen op zich is eigenlijk helemaal niet zo moeilijk: je legt de spullen op hun vaste plek terug direct nadat je ze hebt gebruikt. 
Maar hoe bepaal je een logische vaste plek voor je spullen?

Je kunt je spullen op diverse manieren opbergen:
  • Daar waar ruimte is. Dus heb je een lege kast/plank en heb je spullen die je ergens kwijt moet, dan kun je die in die kast of op die plank opbergen. Deze manier heeft natuurlijk als groot nadeel, dat je dan je spullen misschien op een hele onlogische plek opruimt. Als jij een plank over hebt in je kledingkast, is het natuurlijk niet voor de hand liggend om daar je nieuwe servies op te bergen.
  • Soort bij soort.
    Dus alle boeken bij elkaar (en niet verspreid over diverse ruimtes), al het serviesgoed in dezelfde kast en alle spelletjes op dezelfde plank.
  • Daar waar je ze nodig hebt.
    Dus de pannen in de keuken, de boeken in de woon- of studeerkamer en je beddengoed in de slaapkamer.
Deze laatste manier van opruimen, gecombineerd met de tweede manier, is de meest handige, want je hoeft dan niet ver te lopen om de spullen te pakken en weer op te ruimen en daardoor zul je de spullen ook eerder weer op hun plek terugleggen nadat je ze hebt gebruikt.

Laten we de laatste manier eens nader bekijken:
Je bent aan het koken en je hebt het zout nodig. Het handigste is dan, dat je niet de halve keuken door hoeft te lopen om het zout uit een kast te pakken, maar dat je het potje uit een lade of kast kunt pakken die vlakbij het fornuis is.
Hier vloeit dan automatisch uit voort, dat je soortgelijke spullen op dezelfde, makkelijk bereikbare plek opbergt, want je zet natuurlijk alle kruidenpotjes vlak bij het fornuis, alle glazen bij elkaar op één plank boven het aanrecht en alle messen liggen in hetzelfde vakje in de besteklade.


Naast het opbergen op een plek vlakbij de plek waar je het nodig hebt, is het ook handig om ervoor te zorgen dat het item makkelijk te pakken is. Dus dat je niet eerst allerlei andere kruidenpotjes aan de kant moet schuiven om bij het zout te kunnen, of dat je een trapje moet pakken omdat het te hoog staat of dat je steeds moet bukken omdat het laag staat. 

De spullen die je het meeste gebruikt kunnen het beste tussen schouder- en heuphoogte worden opgeborgen, want zo zijn kun je er gemakkelijk bij. Spullen die je minder vaak nodig hebt berg je laag óf hoog op (nog steeds bereikbaar door te bukken of een krukje te pakken).
Verder kun je een plank of la het beste niet voor de volle 100% vullen, een deel moet leeg blijven zodat je makkelijk bij de spullen kunt zonder eerst van alles aan de kant te moeten schuiven, met de kans dat alles weer door elkaar komt te liggen.

Je spullen netjes op hun plek opruimen heeft als groot voordeel, dat je er niet naar op zoek hoeft. Je spaart jezelf dus veel tijd en ergernis uit door alles een vaste en logische plek te geven.
Je spullen opbergen op (of dichtbij) de plek waar je ze gebruikt heeft verder als voordeel, dat je eerder geneigd bent om het direct weer op te bergen na gebruik, omdat je niet ver hoeft te lopen. En als jij weet waar iets thuishoort, waardoor je niet eerst hoeft na te denken over waar je het zult opbergen, dan leg je het ook sneller terug op zijn plek en heb jij een opgeruimd huis!

Volgende keer: Waar begin je met opruimen?